De zomer die ons heeft bedrogen;
o weemoed die de herfst ons leert.
Onder de wolken, trage en hoge,
een zwarte vogel voor mijn ogen
die naar het zuiden keert.
Magische vlucht der wilde ganzen
en kraanvogels met luid gekrijs
over het land vol gouden glansen.
Dan valt de schaduw die de ganse
winter verduistert tot de nieuwe reis.
Ontvankelijk hart, kwetsbare zinnen,
er is geen honk in oost of west
of gij zijt rusteloos, er binnen.
Leert toch het leven te beminnen
of wat er van het leven rest.
This poem has not been translated into any other language yet.
I would like to translate this poem