DEKEN Poem by Ruth Lasters

DEKEN

Ik wikkel deze avond in een deken en draag hem naar een tuin.
Niet naar de jouwe, Lief (gemakzucht is voor een gedicht wat

noorderlicht voor remslaap is). Maar naar een tuin die aan de jouwe
grenst, zo tergend dicht dat jij nooit zeker weten kan of ik mij van

adres vergiste of met opzet fout geleverd heb uit kleine, zachte
wraak. Waarom ook niet

een aarden weg - waarlangs jij nooit - naar míjn middernacht
Smokkelen

van plaatsen dus naar tijdstippen en omgedraaid, voor een
bewust gekoppeld nu en hier, zelf samengesteld heden.

COMMENTS OF THE POEM
READ THIS POEM IN OTHER LANGUAGES
Close
Error Success