De manier is steeds anders, een vuist
balt zich en valt, uit water lekt langzaam
de kanker van schimmels, maar daarna
is altijd hetzelfde weg: samenhang,
de glans van gebruik. Hier staat geen wand
zichzelf te betekenen, geen raam speelt
voor spiegel, geen hoek is nog recht.
Nutteloosheid is de schoonheid van verval en later
wil ik ook zo zijn, zo vanzelf
door leeftijd als gras overgroeid
scheef zitten in mijn stoel
en daar heel goed in zijn.
This poem has not been translated into any other language yet.
I would like to translate this poem